Zomertijd gaat vannacht in, hoe ongezond is dit eigenlijk?

De zomertijd gaat komende nacht in. De klok wordt om 02.00 uur een uur vooruit gezet. De zomertijd duurt zeven maanden. In de nacht van 28 op 29 oktober gaat de wintertijd in; dan gaat de klok weer een uur achteruit.

Dat ons biologisch ritme wordt verstoord bij het ingaan van de zomertijd, is geen verrassing. Maar loopt onze gezondheid nu echt een risico?

Er bestaan wel degelijk studies die uitwijzen dat de overgang van winter- naar zomertijd, en omgekeerd, de biologische klok en de gezondheid kunnen beïnvloeden. Zo zou er in de dagen na de overgang een stijging in het aantal beroertes, hartaanvallen en auto-ongevallen zijn.

Slaaptekort
Volgens Dr. Marijke Gordijn, werkzaam op de Rijksuniversiteit in Groningen op de afdeling chronobiologie, zijn er wel degelijk aanwijzingen dat een groot deel van de bevolking moeite heeft met het aanpassen aan de nieuwe tijd. “Men gaat korter slapen en dit kan leiden tot gezondheidsklachten op alle gebieden,” vertelt zij ons. “Slaap is erg belangrijk voor onze gezondheid: voor herstel, voor ons immuunsysteem, voor het leren van dingen, voor ons geheugen en onze stofwisseling en ga zo maar door.” Mensen die normaal al moeite hebben met opstaan en last hebben van een slaaptekort op werkdagen, zullen meer last krijgen van de gevolgen die het instellen van de zomertijd met zich mee kan brengen volgens Gordijn. “Uit onderzoek blijkt dat deze mensen, de late chronotypes die 25% van de bevolking uitmaken en mensen met een kwetsbare gezondheid, zich gedurende de eerste vier weken maar moeilijk kunnen aanpassen, langer is niet gemeten.” Ook blijkt uit een onderzoek in 2009 dat er meer ongelukken op de werkvloer plaatsvinden op de maandag na het ingaan van de zomertijd. Ondanks deze risico’s ervaren veel mensen het extra avondlicht in de zomer als positief.

Afschaffen
Toch denkt Gordijn dat de zomertijd moet worden afgeschaft. “De wintertijd is de oorspronkelijke tijd en is het meest gunstig.” De wintertijd afschaffen zou een slecht idee zijn volgens haar, Gordijn legt uit: “Als we de wintertijd zouden afschaffen zou het extreem lang donker zijn in de ochtend. Maar juist dat ochtendlicht hebben wij mensen hard nodig. We hebben van nature een klok die gemiddeld een eigen periode heeft die langer duurt dan 24 uur. Dat betekent dat alle ritmen in ons lichaam (en alles fluctueert met een periode van ongeveer 24 uur, bloeddruk, hartslagfrequentie, slaap, lichaamstemperatuur, hormoonconcentraties, stemming, functioneren zoals rekenen, fijnmotoriek etcetera) de neiging hebben uit de pas te gaan lopen met onze 24-uurs omgeving. Met andere woorden: we hebben de neiging iedere dag iets later naar bed te gaan en iets later op te staan. De één meer dan de ander, maar toch. Dat moet bijgesteld worden en dat doet licht. Want licht dat in de ochtend via onze ogen ons brein bereikt, stelt die klok gelijk. Als we dat licht in onze ogen missen lopen we verder uit de pas. Dat maakt dat we nog moeilijker opstaan en moeilijker op tijd in slaap vallen. Avondlicht maakt dat onze klok naar een later tijdstip wordt verschoven, het versterkt dus onze natuurlijke neiging om sowieso later in slaap te vallen en wakker te worden. In de zomer hebben we daar niet zo’n last van, omdat er genoeg ochtend licht is, maar in de winter zouden we daar extra problemen door krijgen.”

Wintertijd
Volgens onderzoeker Mayer Hillman moeten wij juist wel de wintertijd afschaffen, dit concludeert hij in een onderzoek uit 2010. Het zou beter voor onze gezondheid zijn, omdat wij gedurende de zomertijd langer buiten te vinden zijn door het vele daglicht. Maar Gordijn denkt daar anders over. “Als er een extra uurtje middaglicht zou zijn in de winter, zegt dit nog niet meteen dat men dan ook meer buiten zal zijn. Andere factoren zoals extreem weer spelen dan ook mee. Daarnaast wordt er maar gekeken naar één aspect en niet naar het feit dat het dan in de winter heel lang donker zou zijn in de ochtend.”

Zon
In een onderzoek van Roenneberg in 2007 wordt duidelijk dat onze slaap gemiddeld heel duidelijk is afgestemd op de zonsopkomst en ondergang. “Als je van oost naar west gaat in Duitsland dan slapen de mensen op vrije dagen in het oosten 38 min vroeger dan in het westen, terwijl het dezelfde tijdzone is. Dat verschil is gelijk aan het verschil in zonsopkomst tussen oost en west. In Nederland liggen wij gemiddeld netjes op die lijn en zijn nog latere types dan de Duitsers. Aan de andere kant van de lijn, in Polen en Hongarije, slapen mensen veel vroeger.” De zon heeft dus een grotere invloed op het tijdstip waarop wij gaan slapen dan ons horloge, dat wij willekeurig kunnen verzetten.

De vraag of de zomer- of wintertijd moet worden afgeschaft, daar zijn de meningen over verdeeld. Bijzonder is dat onze zon zo’n grote invloed op ons heeft. Deze – en niet onze verzetbare klok op het nachtkastje – bepaalt nog steeds hoe laat wij naar bed gaan. Als we het zo bekijken, zou de wintertijd, onze oorspronkelijke tijd, de juiste keuze zijn als één van de twee moet worden afgeschaft. De zomertijd daarentegen zorgt voor langere dagen in de zomer en worden we daar niet allemaal heel blij van?