Zit jij ’s avonds ook zo lekker bij de houtkachel met de beentjes omhoog of heb je juist zo’n hekel aan het feit dat je buurman de haard iedere avond stookt? Voor- en tegenstanders van hout stoken roeren zich om de gevolgen ervan: fijnstof.
Er lijken twee kampen te ontstaan, de stokers en de niet-stokers. En dan is er de overheid. Die moet er voor pleiten dat minder mensen kachels en haarden gebruiken. Dat vindt tenminste het Platform Houtrook en Gezondheid in een brief aan staatssecretaris Van Veldhoven van Infrastructuur en Waterstaat.
De rook van kachels en haarden zou gezondheidsklachten veroorzaken. Denk aan mensen met astma. Ook geurhinder en roetneerslag zijn nadelen. Mensen zouden daar beter over geïnformeerd moeten worden.
Evenveel fijnstof als een autorit Amsterdam-Milaan
De fijnstof afkomstig van de houtrook kan ‘tot een vergelijkbare ontsteking in de longen leiden als verkeersgerelateerd fijnstof’, zo blijkt uit een onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu in 2011. Volgens het Longfonds zou een open haard die twee uur brandt evenveel fijnstof veroorzaken als een autorit van Amsterdam naar Milaan. Gevolg van het inademen van fijnstof: geïrriteerde keel, neus en ogen, benauwdheid en hoesten.
Volgens het platform, bestaande uit gemeenten, GGD’s, het RIVM en het Longfonds, moet er zelfs een systeem met eisen komen voor stookinstallaties. Een stookalarm of -verbod als er bijvoorbeeld nauwelijks wind is, zou een optie zijn. Ook de inzet van pelletkachels zou een oplossing kunnen zijn, omdat deze minder fijnstof uitstoten.
In tegenstelling tot wat het platform wenst, neemt het gebruik van hout gestookte installaties toe. De teller staat nu op 14 procent van de Nederlandse huishoudens.
Bron: NOS.nl