Het aanbod van eten en drinken in de publieke ruimte moet veel gezonder worden. Op te veel plekken worden we verleid tot een ongezonde hap en dat werkt overgewicht in de hand. Lokale politici kunnen hier wat aan doen.
In maart zijn de gemeenteraadsverkiezingen. Het gezonder maken van de publieke ruimte zou in ieder gemeentelijk coalitieakkoord moeten komen, betogen wethouders en voedingswetenschappers.
Het aanbod aan eten en drinken in de publieke ruimte is al heel groot. Toch zien nieuwe hamburger- en pizzaketens, ijssalons en donutzaken kansen om zich in Nederland te vestigen, of ze breiden hier uit. We weten allemaal wel dat die pizzapunt, cheeseburger en koffiesiroopijsdrankjes niet gezond zijn en heel veel calorieën bevatten. Ondanks dat we ons zelf vaak voornemen om gezond te eten: door al dat aanbod worden we onbewust beïnvloed iets anders te doen. Wanneer mensen continu worden blootgesteld aan dergelijke hoogcalorische producten gaan velen voor de bijl, hoe goed ze ook zijn voorgelicht over de consequenties daarvan.
Gezond eten en drinken draagt sterk bij aan het tegengaan van overgewicht en zorgt daarmee voor een lager risico op chronische ziekten als diabetes type 2, hart- en vaatziekten en sommige vormen van kanker. Wetenschappelijk bewijs hiervoor is er in overvloed. Of en hoe gezond we eten wordt bepaald door het aanbod. Ook daarvoor is genoeg bewijs. Meer snacks en fastfood in de omgeving betekent dat we er meer van eten.
Nationale Voedseltop
Op de Nationale Voedseltop vorig jaar bestempelden diverse partijen uit de voedselketen het gezonder maken van onze omgeving als prioriteit. Gemeenten kunnen daarin een cruciale rol spelen door een voedselbeleid te maken en gebruik te maken van de naderende Omgevingswet. Wethouders kunnen zorgen voor een publieke ruimte met een gezonder voedselaanbod die vrij is van ongezonde kindermarketing. Ook het promoten van gezond aanbod is onderdeel van dit beleid. Daarbij kunnen wethouders in de eigen ruimten zoals het gemeentehuis en gemeentelijke kantoren, het goede voorbeeld geven. En hoewel het om gezondheid gaat, is daarbij niet alleen de wethouder gezondheid en welzijn aan zet. Een gezonde gemeente raakt alle beleidsterreinen en hoort in het DNA van het hele college.
Veel wethouders zijn hiermee al aan de slag gegaan. Goede voorbeelden uit binnen- en buitenland zijn er volop. Zo mag er in de openbare ruimtes van Boston in de VS geen suikerhoudende drank meer worden verkocht. Amsterdam is gestopt met snoep- en frisdrankautomaten in haar gemeentelijke panden, en bij sportaccommodaties en metrostations is kinderreclame voor ongezonde voeding niet langer toegestaan. In het Amsterdamse centrum is er een stop op nieuwe eetwinkels en geldt al jaren dat het aantal fastfoodzaken en snackbars via bestemmingsplannen is bevroren.
Heerenveen en Leeuwarden
De gemeenten Heerenveen en Leeuwarden zetten met watertappunten in de openbare ruimte breed in op het bevorderen van het drinken van water. Ede heeft een wethouder Voedsel, een ziekenhuis waar gezond eten de norm is, en stimuleert scholen tot een gezonde schoolomgeving en structureel voedselonderwijs. De gemeente Utrecht heeft adviseurs gezonde leefomgeving die letten op het gezondheidsperspectief bij de ruimtelijke ontwikkelingen en werkt aan een gezondere voedselomgeving door de aanleg van een duurzaam ‘voedselbos’ met eetbare planten. In Groningen streeft het ziekenhuis UMCG naar 40% verantwoorde en regionale producten voor de maaltijden en stimuleert actief de gezonde keuze in het restaurant. Sportcentrum West in Rotterdam heeft een ‘gouden’ sportkantine waarin het aanbod en de aankleding bezoekers vrijwel automatisch stimuleert om een gezondere keuze te maken.
Kansen
De gemeenteraadsverkiezingen bieden politieke partijen dé kans om concrete afspraken te formuleren voor de komende jaren. In de coalitieakkoorden kan een lokale duurzame en gezonde voedselvisie worden vastgesteld waarin een gezonde publieke ruimte centraal staat. Iedere gemeente kan voorwaarden stellen aan het voedselaanbod op scholen en kinderopvanglocaties. Iedere gemeente kan bij inkoopcontracten, aanbestedingen en in subsidievoorwaarden eisen stellen aan het aanbod van gezond eten en drinken. Kortom, iedere gemeente kan de kans grijpen om zijn inwoners een gezonde publieke omgeving te bieden.
Ondertekend door:
Prof. dr. ir. Jaap Seidell, hoogleraar voeding en gezondheid, Vrije Universiteit Amsterdam
Dr. ir. Gerda Feunekes, directeur Voedingscentrum
Marjon Bachra, directeur Jongeren Op Gezond Gewicht
Wethouder Victor Everhardt, Utrecht
Wethouder Leon Meijer, Ede
Wethouder Hans Broekhuizen, Heerenveen
Wethouder Eric van der Burg, Amsterdam
Wethouder Adriaan Visser, Rotterdam Wethouder
Mattias Gijsbertsen, Groningen
Wethouder Herwil van Gelder, Leeuwarden
Sebastiaan Aalst, Food Cabinet
Dr. Hans Dagevos, Wageningen Universiteit
Prof. dr. Bob Fennis, Rijksuniversiteit Groningen
Prof. dr. ir. Edith Feskens, Wageningen Universiteit
Prof. dr. ir. Kees de Graaf, Wageningen Universiteit
Prof. dr. Rob Holland, Radboud Universiteit
Prof. dr. ir. Koert van Ittersum, Rijksuniversiteit Groningen
Prof. dr. ir. Ellen Kampman, Wageningen Universiteit
Em. Prof. dr. Martijn Katan, Vrije Universiteit Amsterdam
Jorrit Kiewik, Slow Food Youth Network
Prof. dr. Stef Kremers, Maastricht University
Prof. dr. Denise de Ridder, Universiteit Utrecht
Prof. dr. ir. Jantine Schuit, Tilburg University
Prof. dr. Emely de Vet, Wageningen Universiteit
Dr. Tommy Visscher, hogeschool Windesheim
Tekst: Voedingscentrum