De papieren telefoongids is binnenkort niet meer. Dat is niet zo vreemd, nu we met z’n allen louter online nog zoeken naar adressen en telefoonnummers.
Dit jaar wordt de laatste gedrukt, wat een bewaarexemplaar gaat worden omdat het toch -volgens uitgever Wiechers uit Enschede- een iconisch boek is. De eerste Nederlandse versie werd gedrukt vijf jaar nadat Bell patent op de telefoon had aangevraagd. Deze gids uit 1881 kende 49 adressen en telefoonnummers en lag ter inzage bij de telefooncentrale.
Het boek nam qua dikte vervolgens een enorme vlucht, want in 1913 waren er maar liefst 75.000 telefoonaansluitingen en kon je het boek op het postkantoor inzien. Zo’n zestig jaar later stond ieder Nederlands huishouden, per regio, in een telefoonboek vermeld.
Bladzijde na bladzijde
De jeugd kan het zich bijna niet voorstellen dat je in zo’n dik boek moest bladeren om telefoonnummer op te zoeken. Wat een gedoe. Vijftig plussers weten wel beter. Bladzijde na bladzijde, hele dunne, zocht je op alfabetische volgorde het betreffende dorp en de betreffende familie. In menig telefoonboek stonden nummers ook onderstreept. Gewoon, heel gewoon. En op een gegeven moment waren er zeven miljoen gidsen in omloop.
Er was een aantal jaren terug nogal wat kritiek op de papieren Telefoongids & Gouden Gids, want het zou maar papierverspilling zijn. De Tweede Kamer gaf dan ook in 2012 al aan te willen stoppen met het ongevraagd huis aan huis bezorgen van de dikke gidsen. Wilde je de papieren gids nog ontvangen dan moest je dat aanvragen.
Cursus voor ouderen
Het zal je verbazen dat in 2016 nog altijd 57 procent van de Nederlanders van achttien jaar en ouder de gids gebruikte. Minder verbazingwekkend is het dat daarvan de meeste 55 jaar en ouder waren. Inmiddels gebruikt nog maar twee procent de gids. Tijd om er mee op te houden.
Na 140 jaar wordt de gids nu niet meer gedrukt. Toch is er nog een aantal ouderen dat er gebruik van maakt, maar ook zij zullen de overstap naar online gaan maken. Daar kunnen ze zelfs een cursus voor krijgen.