Nederland het gelukkigste land van de wereld, dat zou toch wat zijn. De mannen van 365dagensuccesvol, Arjan Vergeer en David de Kock, geloven er in en hebben er hun missie van gemaakt. Er moet nog het nodige gebeuren, want we staan op dit moment op nummer 6. Dezelfde plek als vorig jaar, dus de mannen moeten nog aan de bak.
Het zijn trouwens leuke mannen. Echt héle leuke mannen, die ook nog eens hele zinnige dingen zeggen (en me soms mailtjes sturen met Hi fijne Boukje, maar dat zie ik door de vingers omdat ze zo innemend zijn). Ik gun het hen van harte dat hun missie slaagt, al lijkt het me belangrijker dat de Nederlanders zelf voelen dat ze gelukkig zijn, dan dat we op 1 staan in het World Happiness Report.
(Eigen)wijze analyse
Hoe dan ook, de vraag kwam bij me op of er gelukslessen te halen zijn in de landen die hoger op de ranglijst staan. En laat ik nou toevallig op vakantie zijn geweest in het op twee na gelukkigste land van de wereld. Het was voor mijn artikel leuker geweest als Denemarken net als twee jaar geleden de nummer 1 was, maar je hebt als schrijver niet altijd geluk. Finland en Noorwegen hebben dit jaar nipt gewonnen, met maar weinig punten verschil, dus dat lijkt me niet echt een probleem voor mijn onderzoek.
Of de Denen gelukkig zijn valt moeilijk te peilen. Ze zijn nogal rustig en op zichzelf en er is een aardige taalbarrière. Wat ik wel heb kunnen vaststellen is dat ik mezelf gelukkig voelde in Denemarken. Ik laat er daarom graag mijn eigen(wijze) analyse op los.
De Taal
Laten we beginnen met de Deense taal. Het ligt voor de hand om talen als Italiaans en Spaans mooier te vinden. Melodieuzer, romantischer ook. Maar het lezen van de Deense taal tovert vaak een glimlach op je gezicht en het is wetenschappelijk bewezen dat glimlachen gelukkiger maakt. Bordjes met Hund i snor, Sædballe, Falsesled, Rudbjerg Knude Fyr, Slettestrand, ik werd er vrolijk van. Een (neger)zoen heet daar blide kis, oftewel zacht kusje. Prachtig! Regelmatig kom je onderweg het bord Krydsende Cyklister tegen. Ik zag dan meteen fietsers voor me die zich daar even lekker krijsend mogen uitleven en genoot van dat beeld. In een restaurant mag je gewoon hardop oksekød en stjernekud zeggen. En dan krijg je nog wat lekkers ook.
Maar wat betekent dat nu voor ons land? Waar zit de winst? Wij hebben ook best mooie woorden, maar het glimlachgehalte is een stuk lager. Wil je er echt gelukkiger van worden, dan is mijn voorstel dat we het gaan mixen met het Vlaams. Portier wordt buitenwipper, een centrifuge een droogzwieper, een airbag wordt een botsballon, een zaklamp een piellicht en hagelslag noemen we muizenstrontjes. Dan zijn we al heel goed bezig.
Openbare toiletten
Punt twee op mijn lijstje: wc’s. Denemarken heeft overal schone openbare toiletten en ik heb een zwakke blaas. Een hele zwakke. En ik ben onhandig. Heel onhandig. Dat is geen goeie combi voor wildplassen, dus dat loopt vrijwel altijd slecht af. Ik voel me prima op mijn gemak in mijn vrouwenlichaam en heb zelden de behoefte om een man te zijn. Maar het overal en altijd kunnen plassen, daar ben ik echt zo jaloers op. In Denemarken hoefde ik me nooit zorgen te maken over voldoende plaskansen, er was altijd wel een schoon fris toilet mét wc papier dat ‘s ochtends keurig gecontroleerd was door Torben, Kjeld of Gitte. Sterker nog, er zijn meer openbare wc’s dan ik aan kon. Hele nieuwe ervaring kan ik je zeggen en vooral heel relaxt. Dus mij zou het in ieder geval een stuk gelukkiger maken als Nederland hier een voorbeeld aan zou nemen. En er zijn vast meer enorme zeikerds in ons land (ik wilde zeikwijven zeggen maar laat ik het genderneutraal houden).
De gulden
Dan mijn derde punt. Ik pleit, niet door enige economische kennis gehinderd, voor de terugkeer van de gulden. Als we vroeger op vakantie gingen, dan was het omrekenen van en betalen met vreemd geld één van de leukste dingen. Je voelde meteen dat je in het buitenland was. Met de komst van de euro is die charme grotendeels verdwenen. Maar niet in Denemarken. Daar is winkelen ineens weer bijzonder en uitdagend. Delen door 7 komma zoveel of keer 0,1345. Altijd weer spannend wat iets kost en je hersenen blijven in vorm tijdens de vakantie.
Je voelt je even heel rijk met briefjes van 200 en 500 in je portemonnee en sommige munten hebben grappige gaten (ik heb nergens kunnen vinden waarom die erin zitten trouwens). Als wij nou de guldens weer in gebruik nemen, die liggen vast nog wel ergens, dan wordt het in ieder geval in de vakanties weer leuker. De meeste mensen gaan immers naar Frankrijk en Spanje. En we zouden er gaatjes in smileyvorm in kunnen boren. Dan hebben we er in eigen land ook plezier van. Wist je dat de stopcontacten in Denemarken ook een smileyvorm hebben? Overal lachende gezichtjes in huis en op kantoor, hoe simpel kan het zijn?
Emancipatie
Punt 4. Denemarken is een geëmancipeerd land. Je kunt er wenskaarten kopen voor een huwelijk tussen twee mannen of twee vrouwen, er zijn nu al leesboekjes over de vrouwelijke voetbalsters (eh, wie won er ook alweer het EK?), het land had van 2011-2015 een vrouwelijke premier, je kunt er ook als je samenwoont elkaars naam aannemen, ouders hebben allebei lang verlof na het krijgen van een kind, er zijn veel genderneutrale toiletten en er werken veel vrouwen in beroepen die hier voornamelijk mannenbolwerken zijn. Zo was er ergens onderweg op onze route een stoere vrouw bezig reflectorpaaltjes uit de grond te halen, zodat er gemaaid kon worden. Toppunt van emancipatie was dat zij het zware werk deed en haar mannelijke collega heel lazy met een spuitbus een verfstreep op de lege plek zette. Ook het vuilnis werd opgehaald door een vrouw en in een gemeentebusje zaten twee vrouwen. Het zal vast ook bij ons voor komen, maar ik heb het nog nooit gezien. Mij lijkt het volledige gelijkheid dat al die dames tijdens het werk lekker mannen kijken en hen nafluiten.
Wat ook gaaf is, zijn de voorzieningen voor gehandicapten. Veel aangepaste toiletten en toegangen en je zag dan ook veel mensen in een rolstoel of met rollator in natuurgebieden. Het mooiste vond ik de speciale hellingen naar de zee. Daar kun je met rolstoel zo de zee in rijden en genieten van een zeebad.
En dan tenslotte het belangrijkste punt voor een hoogsensitief typje als ik. Het klinkt misschien een beetje zweverig, maar in Denemarken voel je overal verbinding met de natuur. De dorpjes en steden gaan vaak op in het landschap met hun klinkerwegen en vakwerkhuisjes met stokrozen ervoor. Er is heel veel kunst en cultuur. Denemarken ademt rust, ruimte en schoonheid. Letterlijk ook, want het is een schoon land. Denen houden zich aan de maximumsnelheid, er ligt nergens troep, alle natuurgebieden zijn vrij toegankelijk, de honden zijn i snor en je ziet bijna nergens grote lelijke gebouwen. Van onze Bed&Breakfast gastvrouw hoorden we dat de natuur- en milieuorganisaties veel macht hebben in het land. Projectontwikkelaars kunnen hun biezen pakken als ze dingen willen die de natuur schaden. Soms lastig, al die strenge regels, maar ze was er ook heel blij mee. Natuur op 1. Zou dat het geheim zijn? Commercie zit de Denen ook niet echt in de genen. Ze hebben niet de Nederlandse handelsgeest zullen we maar zeggen. Kraampjes langs de weg met gezonde koopwaar en een geldkistje. Deuren die niet op slot zitten. Je voelt vertrouwen. Zoals de eigenaar van een hele grote antiekwinkel antwoordde op mijn vraag of hij niet bang was dat er iets gestolen werd. “Daar praten wij niet eens over, mensen voelen dat we dat hier niet doen”.
Ter afsluiting nog een paar mooie zinnen: “De Denen leven een minimalistische levensstijl, van niet meer nemen dan je nodig hebt. Dat zie je terug in hun design, in hun pure voeding, in hun kledingstijl, maar ook in hun persoonlijke instelling. Ze zijn gewoon sneller tevreden. En daarmee weten ze de essentie van geluk te vatten.” (uit “Waarom de Denen zo gelukkig zijn – Happy B’S”)
Fijne David en Arjan, doe er je voordeel mee..