Het dorp heeft het moeilijk, dat valt niet te ontkennen. De krimp verloopt echter minder snel dan gedacht. Sterker nog; mensen lijken weer vaker voor het dorpse leven te kiezen. Waar het leven rustiger is en er nog betaalbare huizen te koop zijn.
Je hoorde altijd wel ergens een tractor rijden, in de dorpswinkel klingelde de deurbel af en aan en je hoorde de hele dag kinderstemmen vanaf het schoolplein. Een dorp was in vroeger tijden een levendige gemeenschap. Iedereen had elkaar nodig, ging bij elkaar op bezoek en het verenigingsleven was booming. Hier kwam de klad in toen jonge mensen naar de stad trokken voor werk en vertier. De auto, televisie, internet, grote supermarkten en scholengemeenschappen in de stad deden het dorp steeds stiller worden.
Op een doordeweekse dag in een dorp in Zeeland, Noord-Friesland of Oost-Groningen kom je die stilte nog tegen. Het zijn dorpen waar de dorpswinkel en de school zijn verdwenen. Mensen kiezen voor de stad. En zo is het dorp ten dode opgeschreven. Of toch niet?
De krimp gaat minder hard dan gedacht
Krimpgebieden treffen we vooral aan de randen van ons land, zo meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). ‘In het noorden en oosten van Groningen, het noorden van Friesland, het oosten van Drenthe, Twente, de Achterhoek, Limburg (vooral Zuid-Limburg) en delen van Zeeland. Veel van die gemeenten vergrijzen ook; veel jongeren trekken naar de steden om te studeren of te werken’. De gemeente met de grootste krimp blijkt in 2020 Schiermonnikoog met -16,9 per duizend inwoners, gevolgd door Appingedam (-12,5).
De krimp lijkt echter minder vaart te maken dan gemeenten en overheden een paar jaar geleden vermoedden. In 2016 voorspelden overheden een daling van het aantal inwoners van een aantal Oost-Groningse gemeenten van zes procent in 2030. Inmiddels lijkt die daling uit te komen op 1,6 procent. De oorzaak? Onder meer de woningnood. Vooral in de Randstad. De prijzen worden er enorm door opgedreven. In Oost-Groningen zijn nog betaalbare huizen beschikbaar. Bovendien is het er prachtig en rustig.
Het dorp verdwijnt of floreert?
De aardbevingen die zich voordeden in sommige Groningse gebieden spelen de mensen natuurlijk parten. Sommige huizen blijken zo beschadigd en daardoor ook onverkoopbaar, maar toch spreken makelaars van een kentering. Naast de oudere doelgroep, kiezen ook steeds meer gezinnen uit de Randstad voor een huis in Oost-Groningen. Ze kiezen niet alleen voor een meer betaalbaar huis, maar ook voor meer rust. In de coronatijd hebben veel mensen ontdekt hoe hectisch hun leven eigenlijk was en ze maken nu een bewuste keuze voor een ‘ander leven’. Een leven met meer ruimte en een hogere kwaliteit van leven.
Daarnaast biedt het thuiswerken de mogelijkheden om op een andere plek te gaan wonen. Eigenlijk kunnen veel werknemers wonen waar ze maar ze maar willen als ze online hun werk kunnen doen. Dat biedt veel mensen perspectief en speelt zeker mee in de keuze om naar het platteland te vertrekken.
Daarnaast doet de groei van het aantal huishoudens ook een duit in het zakje. Nog altijd scheiden er veel mensen, die vervolgens een eigen huishouden starten of een nieuwe relatie aangaan en op die manier weer een huishouden vormen.
Een huis met een tuin
In een groter perspectief bekeken verwachtten de Verenigde Naties in 2017 dat in 2050 maar liefst 70 procent van de wereldbevolking in de stad woont. In 1800 was dat nog maar 3 procent. In ons land lijken we volgens Zef Hemel, bijzonder hoogleraar grootstedelijke vraagstukken, altijd al de groei van steden te willen indammen ten faveure van het platteland en het dorp. In de jaren zestig en zeventig stimuleerde de Nederlandse overheid mensen om vanuit de stad in groeikernen te gaan wonen. Daar kreeg je dan een huis met een tuin.
Momenteel wordt wonen in de stad niet ontmoedigd, maar maakt de overheid zich wel zorgen over de krimpgebieden waar alle voorzieningen verdwijnen. Die zorgen lijken minder gegrond dan eerder gedacht werd. Het platteland en het dorpse leven blijken toch een groot aantal mensen aan te spreken en ze vervolgens aan te trekken. Om allerlei praktische redenen, maar ook uit een verlangen naar een overzichtelijk en eenvoudig leven.