Jos van Gorkum begon op zijn 52ste als stand-up comedian: “Bij mijn allereerste optreden ging er van alles fout”

Toen een collega hem uitdaagde om met zijn grote mond en grappenmakerij eens op het podium te gaan staan, nam de toen 52-jarige Jos die uitdaging direct aan. Sinds die eerste keer in februari 2018 stond hij al zo’n tachtig keer op de planken. Ook al verliep dat eerste optreden verre van vlekkeloos.

Een grappenmaker is de 57-jarige Jos van Gorkum uit Breda altijd al geweest. Op zijn werk staat hij dan ook bekend om zijn snelle humor. Toen een collega hem uitdaagde om met zijn grote mond en grappenmakerij dan eens op het podium te gaan staan, nam Jos die uitdaging direct aan. Sinds die eerste keer in februari 2018 stond hij al zo’n tachtig keer op de planken. Ook al verliep dat eerste optreden verre van vlekkeloos.

“Ik ging helemaal dood, daar op dat podium”

Ook al is hij al zijn hele leven een gangmaker en vindt hij het heerlijk om aandacht te krijgen, er was wel degelijk sprake van plankenkoorts toen hij besloot het podium te beklimmen met zijn eerste zelfgeschreven stand-up comedy. “Ik ben helemaal doodgegaan, daar op dat podium! Er ging ook van alles fout. Want ik was al heel enthousiast begonnen met vertellen toen ik ineens iets zwarts voor mijn neus zag; de microfoon. Die was ik helemaal vergeten. En ik maakte een typische beginnersfout. Mijn optreden mocht acht minuten duren en ik had dan ook voor acht minuten materiaal. In mijn zenuwen ging ik er in sneltreinvaart doorheen, waardoor ik veel te snel klaar was.”
Desondanks ervaart Jos dit eerste optreden nog steeds als zijn leukste optreden ooit. “Ik vergelijk het wel eens met skiën; je bent een beginner die van een helling af gaat die net iets te steil is. Dat is doodeng en het gaat vaak mis, maar als je dan eenmaal beneden bent merk je direct hoe leuk het is en wil je gelijk nog een keer. Dat gevoel als je van het podium af stapt nadat mensen om je grappen hebben gelachen is geweldig.”

“Op het podium sta ik tussen de jonge gasten”

Met zijn 57 jaar is Jos meestal de oudste comedian tijdens stand-up comedy optredens. Wanneer hij in de zaal op zijn beurt wacht wordt hij dan ook wel eens aangezien voor de vader van een van de jonge komieken. “Op het podium sta ik bijna altijd tussen de jonge gasten. Mensen verwachten van mij dat ik op het podium rustiger of beschaafder ben, vanwege mijn leeftijd. Maar ik maak soms juist de hardste grappen. Dus wat dat betreft zit er niet veel verschil tussen mij en die jonge gastjes. Gooi de energie van Jochem Myjer, de woordgrappen van Herman Finkers en de hardheid van Louis C.K. in de blender en dan komt mijn humor eruit. Wel zit ik natuurlijk in een hele andere levensfase dan die jonge honden. Ik ben een normale vader met een hypotheek en een vaste baan, die met zijn vrouw en dochters van 18 en 20 in Breda woont. En hoewel ik de laatste tijd ook vaker inspiratie voor grappen uit de actualiteit haal, is mijn repertoire sterk gebaseerd op mijn eigen leven. Die grappen kunnen dus ook gaan over ouder worden en de gebreken die daarbij komen kijken. Bestaat het publiek grotendeels uit mensen van mijn leeftijd, dan maak ik makkelijker grappen die zij begrijpen. Ik haal Mieke Telkamp, of oude politici van stal en grijp terug op mijn eigen roots met Jules de Corte. Dan gaat mijn optreden meer richting kleinkunst en cabaret.”

“Mijn vrouw gaat nooit mee”

Dat er voornamelijk jonge mannen naast hem op het podium staan vindt Jos helemaal niet zo gek. “Je moet wel guts hebben om dat podium op te klimmen en het heeft ook wel te maken met je ego. Je wilt toch iets laten zien, je wilt dat mensen naar je luisteren. Jongelui hebben dan vaak iets meer durf en bewijsdrang. Maar stand-up comedy is echt wel een aparte tak van sport. Ik maak ook muziek, maar een muzikant speelt een liedje en als dat is afgelopen volgt er applaus. Als comedian moet je altijd maar afwachten of mensen gaan lachen of niet. Dat is kwetsbaar. Mijn vrouw gaat daarom, hoewel ze het wel heel leuk vindt wat ik doe, ook nooit mee om te kijken. Ze vindt het moeilijk als het een keer niet wil en ik het publiek niet meekrijg. Mijn dochters zijn fan en zitten ook weleens in de zaal. Inmiddels zijn ze ook wel een beetje besmet met het comedy virus en maken we thuis met zijn allen aan de eettafel aan de lopende band woordgrapjes. ”

“In je hart koester je toch de wens om ontdekt te worden”

Toen Jos net begon met stand-up was er een tijd dat hij hele dagen weg was voor een optreden. Inmiddels doet hij dat niet meer. “Ik laat mijn privéleven er niet door overheersen. Toch heb ik bijna wekelijks optredens, dus je hebt wel de support van het thuisfront nodig om dit te kunnen doen. Je moet ook wel realistisch blijven; het is een leuke hobby. De ene keer sta je voor twee drankbonnetjes in een kroeg voor een man of twintig, de andere keer in een grote theaterzaal. Beide is goed en het is hartstikke leuk. Vooral ook door de andere comedians die je telkens tegenkomt. Je leert elkaar kennen en daardoor is het in de kleedkamer toch een stuk gezelliger. Die jonge comedians zijn er vaak wel op een andere manier mee bezig. Zij willen echt doorbreken en er een carrière van maken. Ik weet dat Carré er voor mij niet inzit, maar haak daardoor ook niet snel af want ik heb niks te verliezen. Al koester ik stiekem diep in mijn hart natuurlijk ook wel de wens om ontdekt te worden. Niks mis met een beetje dagdromen, toch?”

Jos Van Gorkum | Facebook