Juist in de generatie kinderen geboren tussen 1971 en 1991, waarvan een groot aantal nu richting de vijftig jaar gaat, blijkt het contact met de biologische vader minimaal of helemaal verdwenen. Onderzoek moet uitwijzen wat dat voor langetermijngevolgen heeft voor de betrokkenen. Vandaag is er een seminar over.
Uit onderzoek van de het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en de Universiteit van Amsterdam (UvA) blijkt twintig procent van de groep geboren tussen 1971 en 1991 het afgelopen jaar de vader niet gezien te hebben.
Echtscheidingsrevolutie
Eind jaren zeventig en begin jaren tachtig werd er veel gescheiden. Alsof het ineens ‘kon en mocht’. Een ‘echtscheidingsrevolutie’ noemt professor Matthijs Kalmijn dit (UvA). Een grote generatie kinderen groeide vervolgens op met gescheiden ouders. Deze generatie gaat nu richting de vijftig jaar en er is onderzoek gedaan naar het langetermijneffect van deze wijze van opgroeien.
Er was nauwelijks sprake van co-ouderschap, kinderen bleven bij de moeder
Het verschil met tegenwoordig is dat er nauwelijks aan co-ouderschap werd gedaan en kinderen veelal bij de moeder bleven. De vader raakte al snel uit beeld. Een groot deel van hun jeugd woonden deze kinderen dus niet met beide ouders. Het gaat om bijna 1 op de 5 volwassenen geboren tussen 1971 en 1991.
Moeder
Driekwart van hen maakte een scheiding mee en woonde erna voornamelijk bij de moeder. Regelmatig kwam er in die jaren erna een stiefvader in beeld, bij 42 procent van de ondervraagden was dat het geval.
Stiefvader
Opvallend detail is dat 44 procent van deze groep kinderen, inmiddels volwassen, die stiefvader als vader ziet. Het contact met de biologische vader werd veelal als verloren beschouwd. De naam stiefvader wordt trouwens nauwelijks gebruikt.
Scheiding
Er is vandaag een seminar bij het CBS in Den Haag van de Nederlanders Vereniging voor Demografie waarbij familiecomplexiteit centraal staat. Hier presenteert Kalmijn de eerste resultaten van het onderzoek. Er zijn wetenschappers, beleidsmakers en hulpverleners bij aanwezig. “Met de nieuwe data kunnen we de effecten van de scheiding op het kind en hun gehechtheid aan de verschillende ouders veel nauwkeuriger in beeld brengen,” meldt een betrokken onderzoeker. Kalmijn wil het onderzoek verder uitbreiden en over vier jaar de ondervraagden nogmaals interviewen.
Bron: CBS