Waarom windmolens soms stil staan (zelfs als het waait)

Windmolens zijn een steeds bekender gezicht in Nederland, maar het is opvallend dat ze niet altijd draaien, zelfs als het waait. Er zijn verschillende redenen waarom windmolens soms stil staan, en het is interessant om te begrijpen waarom dit gebeurt.

Een van de meest voor de hand liggende redenen is dat er te weinig wind is. Windmolens hebben minimaal windkracht 2 nodig om te kunnen draaien. Als er onvoldoende wind is, gaan ze in de vrije stand en wachten ze tot er genoeg windkracht is om weer te draaien.

Maar niet alleen te weinig wind kan ervoor zorgen dat windmolens stil staan. Bij te harde wind schakelen de molens zichzelf uit voorzorg uit. Vanaf windkracht 10 draaien ze de wieken 90 graden en komen ze dwars op de wind te staan, waardoor ze vanzelf stilvallen. Dit voorkomt dat de molens in brand vliegen of beschadigd raken.

Ook onderhoud speelt een rol bij het stilstaan van windmolens. Hoewel ze gemiddeld zo’n 20 jaar meegaan, kunnen ze soms kapot gaan door bijvoorbeeld kortsluiting of slijtage. Om ervoor te zorgen dat ze goed blijven functioneren, is regelmatig onderhoud nodig. Tijdens deze onderhoudswerkzaamheden worden de windmolens tijdelijk stilgezet. In de provincie Flevoland is er momenteel een project gaande waarbij oude windmolens worden vervangen door nieuwe, modernere windmolens op betere locaties. Een deel van deze nieuwe windmolens is nog in aanbouw of bevindt zich in de testfase, waardoor ze tijdelijk stil staan.

Natuurinvloeden spelen ook een rol bij het stilzetten van windmolens. Tijdens het trekseizoen van bepaalde vogelsoorten, zoals ganzen, worden windmolens stilgezet om te voorkomen dat vogels in de wieken terechtkomen. In Zeeland zijn de windmolens zelfs uitgerust met camera’s, microfoons en speakers om grote vogelsoorten zoals zeearenden, lepelaars, kraanvogels en grote zilverreigers te detecteren. Wanneer deze vogels worden waargenomen, schakelen de turbines automatisch uit. Op plaatsen waar vleermuizen in de buurt zijn, worden de windmolens tijdens zonsop- en zonsondergang uitgeschakeld om de vleermuizen te beschermen. Tijdens vorst kunnen windmolens ook worden stilgezet om te voorkomen dat loskomend ijs gevaarlijk wordt voor mensen in de omgeving.

Een andere reden waarom windmolens soms stil staan, is vanwege slagschaduw. Windmolens die dicht bij huizen staan, kunnen slagschaduw veroorzaken, wat zeer hinderlijk kan zijn. Om hinder door slagschaduw te beperken, zijn er voorschriften opgenomen in de milieuwetgeving. Deze voorschriften bepalen hoe vaak en hoe lang per dag de slagschaduw van een windturbine een woning mag raken. Daarom zijn windturbines bijna altijd voorzien van een stilstandvoorziening.

Ten slotte kan een overaanbod aan elektriciteit ervoor zorgen dat windmolens worden stilgezet. Op dit moment is dit nog niet veel aan de orde, maar de verwachting is dat het in de toekomst vaker zal gebeuren. Wanneer er meer energie wordt geproduceerd dan dat er wordt gebruikt, kunnen windmolens worden uitgeschakeld om overproductie te voorkomen en het stroomnet niet te overbelasten. Het advies is dan ook om elektrische apparaten zoveel mogelijk overdag te gebruiken, wanneer er meer stroom wordt opgewekt.

Al deze redenen bij elkaar zorgen ervoor dat gemiddeld 3 procent van de windmolens in een windpark stil staat. Het is belangrijk om te begrijpen dat dit normaal is en dat windmolens ontworpen zijn om zich aan te passen aan verschillende omstandigheden.