Steeds meer ouderen op sociale media

Leeftijd is gewoon een nummer en de mythe van een groep die achterblijft is opnieuw ontkracht door de cijfers van het CBS

Het aantal 65-plussers dat actief is op sociale media, is sinds 2012 enorm gestegen. Nu is dat maar liefst 64 procent, tegen 24 procent in vijf jaar geleden. Dat blijkt uit nieuwe cijfers van het CBS. ANBO is niet verbaasd en heel blij met deze cijfers. “Eind oktober deden wij samen met Google onderzoek naar de digivaardigheid van 65-plussers. Het onderzoek liet zien dat niet alleen de jongere senioren, maar ook de 80-plussers het nut en de noodzaak van digitale ontwikkelingen erkennen. Leeftijd is gewoon een nummer en de mythe van een groep die achterblijft is opnieuw ontkracht door de cijfers van het CBS”, zo reageert ANBO-bestuurder Liane den Haan.

Nooit te oud om te leren

Uit het ANBO/Google-onderzoek bleek dat verreweg de meeste 65-plussers – maar liefst 87 procent – zichzelf niet te oud vindt om nieuwe technologieën te leren. Dat zien we terug in het CBS-onderzoek: inmiddels gebruikt 34 procent van de 65- tot 75-jarigen sociale netwerken, zoals Facebook. Dat was vijf jaar eerder nog 12 procent. Bij de oudste leeftijdsgroep (75 plus) nam het aandeel dat actief is op sociale netwerken toe van 2 procent in 2012 tot 17,3 procent in 2017, zo schrijft het CBS.

Nieuwe mensen leren kennen

In het (representatieve) ANBO/ Google-onderzoek bleek bovendien dat online zijn en sociale media de mogelijkheden om nieuwe contacten en nieuwe kennis op te doen vergroten. Ruim zeven op de tien respondenten geven aan dat zij nieuwe dingen leren door het gebruik van nieuwe communicatiemiddelen en dat die mogelijkheden het hen makkelijker maken om contacten te onderhouden. “Eenzaamheid is complex, dus sociale media zijn zeker geen duizend dingen-doekje. Maar contact maken en onderhouden is online vaak eenvoudiger dan offline. Zeker wanneer mensen minder goed ter been zijn of verderweg wonen, helpt het om online actief te zijn. Wie weet wat dat brengt!”