De dalende trend in het aantal woninginbraken is het minst sterk onder senioren. Van alle leeftijdscategorieën hebben 65-plussers te maken met de minst sterke daling. Hierdoor zijn zij naar verhouding het vaakst slachtoffer van een woninginbraak.
Dit blijkt uit een analyse van thuiszorgorganisatie Zuster Jansen, op basis van de meest recente cijfers uit de Veiligheidsmonitor van het CBS. Hieruit is tevens gebleken dat het aantal cybercrime-slachtoffers onder mensen van 75 jaar en ouder sterk is gestegen.
Van minste naar meeste risico in 5 jaar tijd
In 2012 werd bij 65-plussers -naar verhouding- nog het minst vaak ingebroken. Destijds werd ongeveer 1% van mensen uit deze leeftijdscategorie getroffen door een woninginbraak. Vijf jaar later was dit percentage licht gedaald, naar 0,9%. In andere leeftijdscategorieën was de daling echter aanzienlijk groter, waardoor zij de oudste leeftijdsgroep passeerden.
Meer senioren slachtoffer van cybercrime
Senioren hebben ook steeds vaker te maken met digitale inbraken en andere online criminaliteit. In absolute aantallen is het nog de kleinste groep, maar bij ouderen van 75 jaar en ouder werd wel een significante groei van cybercrime geconstateerd. Tussen 2012 en 2017 steeg het aantal gevallen van cybercrime bij 75-plussers met 52%, terwijl dit in alle andere leeftijdscategorieën stabiel bleef of daalde.