Portret – Agnes gooide op haar 51ste het roer om en verhuisde naar Oostenrijk

Regelmatig spreken wij bijzondere persoonlijkheden. Hoe staan ze in het leven? Wat maakt dat ze een inspiratiebron zijn voor anderen? Kortom; wat bezielt hen?

Agnes Hensen: ondernemend en reislustig 

Agnes is geen tobber. Ze is in staat snel beslissingen te nemen en dan ziet ze wel waar het schip strandt. Inmiddels is ze in het bezit van een knalroze bus waarmee ze ijsjes verkoopt in Oostenrijk. “Ik was het zat alleen maar voor een koophuis te werken.”

Het online contact is even moeilijk te leggen. Mailberichten komen op haar computer laat binnen. Het gaat zo traag als volgens Agnes alles in Oostenrijk verloopt. “Het leven gaat hier langzamer dan in Nederland,” vertelt ze in een onvervalst Rotterdams accent als we uiteindelijk elkaar in beeld hebben. “Sommige zaken zijn hier ook lastiger te regelen, maar ik ben dat een dag later alweer vergeten,” voegt ze lachend toe. Het maakt direct duidelijk dat Agnes geen tobber is. Ze is volgens eigen zeggen een opgeruimd type. “Je druk maken brengt je niks.”

Ik bereid dingen nooit lang voor

Agnes is vooral een doener. Zomer 2021 gooide ze het roer om en verhuisde met haar zoon vanuit Nederland naar Oostenrijk. Lang heeft ze daar niet over nagedacht. “Ik zie het niet als een avontuur. Ik doe gewoon iets. Eigenlijk was het een stap als vele andere in mijn leven. Zo kocht ik ooit abrupt een huis of begon een eigen bedrijf. Ik bereid dingen nooit lang voor. Ik weet niet eens hoe dat moet.” Dat daardoor zaken ook wel eens mislukken, lijkt haar niet te deren. “Als iets niet lukt, lukt het niet. Daar ga ik niet over zitten zeuren. En vaak ben ik dat al snel weer vergeten.”

Agnes is 51 jaar. Ze was dertien jaar getrouwd met een agrariër waar ze in 2000 van scheidde. Ze heeft twee dochters (30 en 33) en een zoon (16). Ze werd geboren in de Wieringermeer en vertrok in haar jonge jaren voor werk naar Rotterdam. Ze is inmiddels eigen baas en verzorgt voor meerdere bedrijven het debiteurenbeheer. Dat gaat vanuit Oostenrijk gewoon door.

Er was meteen het plan een ander leven op te pakken

Sinds haar jongste dochter een Oostenrijkse vriend trof en nu zes jaar in Oostenrijk woont, reed Agnes met haar camper regelmatig naar haar toe. Tot het moment dat ze besefte dat er wel erg veel geld opging aan haar eigen huis in Nederland. “Was de ene klus aan het huis afgerond, diende de andere zich alweer aan. Ik was dat zat. Ik wilde me gewoon geen zorgen hoeven maken over geld en onderhoud. Ik wilde vrijer zijn en niet steeds over dat soort dingen na hoeven denken. Toen ik mijn huis goed kon verkopen, was er meteen het plan om een ander leven op te pakken en definitief naar Oostenrijk te vertrekken. Nu woon ik vlakbij mijn dochter, in Bramberg, op zo’n half uurtje van de wintersportplaats Zell am See.”

Haar zoon ging met haar mee. Haar oudste dochter woont nog in Nederland. “De sfeer is heerlijk hier. Ik vind dat Nederland een hard land wordt met veel regels. Soms gaat dat zover dat ik het zelfs een kinderachtig land noem. Ik irriteer me daar enorm aan. Ik ben niet zo van de regeltjes, zoek graag de grenzen op. Ik vind het in Nederland niet meer. Daarnaast is het hier in Bramberg gewoon prachtig. Mijn zoon houdt ook enorm van de rust en van de natuur. Hij wil graag houtbewerker worden en is daarvoor nu in de leer. Al deze aspecten samen zorgden ervoor dat ik naar hier wilde vertrekken. Het was een makkelijke keuze en ik denk altijd maar zo, je kunt altijd weer terug.”

De apotheker verwees me direct naar het ziekenhuis

Dat het niet direct van een leien dakje ging, vertelt ze met een lach. “De eerste week was mijn kat ontsnapt. Ik vond haar terug op de parkeerplaats hier twintig meter verderop. Toen ik haar oppakte en naar mijn appartement terug wilde brengen, beet ze me in mijn hand en bleef doorbijten. Het bloedde enorm. Ik dacht echter dat het wel meeviel. Ik nam een wijntje en paracetamol, maar die hand werd steeds dikker. Uiteindelijk ging ik op zaterdagochtend maar eens naar de apotheek voor sterkere pijnstillers, maar de apotheker verwees me direct naar het ziekenhuis. Ik zat amper tien minuten in de wachtkamer, tussen allemaal leuke Oostenrijkse mannen overigens (grote lach), toen ik al geholpen werd. Ik kreeg antibiotica en die hand moest in het gips. Ik mocht hem zo min mogelijk bewegen om de infectie niet verder door mijn lijf te verspreiden. Inmiddels heb ik nog steeds fysiotherapie want niet alles beweegt zoals het moet bewegen.”

Er waren meer tegenslagen, want zo had ook Bramberg te kampen met de bekende overstromingen. “Ik kon amper naar het ziekenhuis komen om het gips eraf te laten halen, maar ik wilde dat per se want ik moest de ijsbus rijden.” Dat laatste vraagt om uitleg. “Vanuit Nederland had ik al het plan om naast mijn werk van debiteurenbeheer met een ijswagen te gaan rondrijden. Hier in Oostenrijk. Ik heb in Nederland een bus geregeld en deze uiteindelijk gekocht. Ik heb het, samen met mijn dochter, twee maanden uitgeprobeerd. De knalroze bus met graffiti bespoten scoorde als een tierelier. Dus op naar Oostenrijk om ’s zomers iedere middag, samen met mijn dochter, ijsjes en snoep te gaan verkopen. Dat had echter nogal wat voeten in de aarde, want ik kreeg er niet zomaar een vergunning voor. Uiteindelijk heeft een boekhoudkantoor het voor me geregeld. Om geen inkomsten mis te lopen wilden we daarom zo snel mogelijk met die bus naar allerlei dorpjes en verjaardagen rijden. Dat gips moést eraf!”

Ik was bijna vijftig en had dat toch maar mooi gedaan

Ondanks tegenslagen denkt Agnes er niet aan om terug te gaan naar Nederland. “Door omstandigheden ben ik afgelopen tijd nog iedere maand naar Nederland gereden. Inmiddels met een eigen 4 wheel drive, want de camper heb ik verkocht. Ik moet hier veilig door de sneeuw en over al die bochtige wegen kunnen rijden. Dat ik nog regelmatig in Nederland ben, wil niet zeggen dat ik niet in Oostenrijk wil zijn. Ik heb geïnvesteerd in de ijsbus en een woning ingericht. Geen haar op mijn hoofd die eraan denkt dat nu op te geven. Als ik hier met mijn hond wandel vind ik dat een stuk fijner dan in Nederland. Wat ik nog wel zou willen is een eigen plekje in Nederland voor als ik richting mijn dochter ga. Maar dat komt nog wel.”

Agnes heeft nog wel de wens om weer reizen te maken zoals ze eerder met haar camper deed. “Ik kijk alweer uit naar een kampeerbus. Ik wil bijvoorbeeld wel een keer naar Griekenland rijden. Net zoals ik toen vanuit Nederland naar Rome ben gegaan. Dat zeg ik gemakkelijk, maar het was best een emotioneel moment toen ik daar in de camper samen met mijn zoon aankwam. Ik was bijna vijftig jaar en had dat toch maar mooi gedaan.”

Ik ga het gewoon doen en zie wel of het werkt

“Ik doe dat soort dingen gewoon. Een vriendin van mij zei laatst dat ik overal wel wat moois van weet te maken. Dat heeft er inderdaad altijd wel ingezeten. Ik kan opeens op reis gaan, een huis in Oostenrijk huren, een auto kopen of een knalroze ijswagen. Ik ga het gewoon doen en kom er vanzelf wel achter of het wel of niet werkt. Vanaf 1 april ga ik met de ijswagen op pad met ambachtelijk ijs en snoep. In de winter wil ik hetzelfde doen met snoep, glühwein, worst en kaas. Ik heb voor die glühwein nog geen vergunning en ben ook de taal nog niet goed meester, maar dan maar met handen en voeten. Ik weet nog dat ik de eerste keer met de ijswagen hier rondreed en ik niet eens een kassa had. Ik begon echt bij nul in alle opzichten. Toch heb ik het gered.”