Als je een konijn in huis hebt, of overweegt om een konijn aan te schaffen, loop je misschien ook met het idee rond om met je konijn of konijnen te gaan fokken. Maar voordat je daadwerkelijk gaat fokken met konijnen, zijn er veel dingen waar je rekening mee moet houden. Wil je gewoon eens een keer een nestje jonge konijntjes hebben, of wil je gaan fokken met konijnen om bijvoorbeeld een ras te verbeteren en met de dieren naar tentoonstellingen te gaan? Ook moet je rekening houden met de ruimte die je hebt, meer konijnen betekent ook een grotere huisvesting, meer voer, en ook de dierenartskosten kunnen hoger uitvallen doordat je (tijdelijk) meer dieren in huis hebt. Waar moet je nu precies rekening mee houden als je konijnen gaat fokken?
Waar moet je vooraf goed over nadenken als je konijnen wilt fokken?
Als je serieus overweegt om met konijnen te gaan fokken, zal je een aantal dingen vooraf moeten afwegen. Zo moet je de ruimte hebben als je konijnen wilt fokken. Zo kan een ram bijna nooit in hetzelfde hok als de voedster, wanneer de ram eenmaal geslachtsrijp is. Ook meer dan één voedster in een hok houden kan voor problemen zorgen wanneer je wilt gaan fokken: de voedsters hebben namelijk alle rust en ruimte nodig als zij hun nest willen grootbrengen.
Veel ruimte
Om met konijnen te fokken heb je dus veel verschillende hokken nodig. En veel hokken betekent veel ruimte. Sommige mensen houden hun konijnen in parkjes die goed omheind zijn, maar op deze manier kan er geen sprake zijn van selectieve fokkerij, omdat een ram (of meerdere rammen) bij meerdere voedsters in een groep leven. Je weet dus nooit wie de vader van de jongen is, en je kan ook niet besluiten dat voedster A dit jaar geen jongen mag krijgen, maar voedster B wel. Je kan bij loslopende dieren in een groep namelijk moeilijk het overzicht bewaren.
Veel tijd en geld
Als je konijnen gaat fokken heb je naast voldoende ruimte ook genoeg tijd nodig. Meer dieren en dus ook meer hokken, betekent dat er dagelijks meer tijd in de verzorging van de dieren gaat zitten. Ook is het houden van meerdere dieren duurder dan wanneer je maar één of twee dieren houdt. Konijnen hebben sowieso voer van een goede kwaliteit nodig, maar als je met de dieren gaat fokken wil je ze helemaal in optimale conditie hebben. Dan moet je dus ook extra investeren in goed voer, stro en houtkrullen. Denk daarnaast ook aan het feit dat je meer voerbakjes, drinkflesjes, hokken, vervoerskisten en dergelijke nodig hebt.
Medische kosten
Hoe meer dieren je houdt, hoe meer geld je verhoudingsgewijs kwijt bent aan de dierenarts. Je hebt namelijk meer kans dat een dier ziek wordt. Ook zullen de fokdieren regelmatig hun inentingen moeten krijgen en de jonge konijntjes moeten vaak voor een gezondheidscheck naar de dierenarts voordat ze naar hun nieuwe eigenaar gaan, en krijgen ze ook nog hun inentingen bij jou. Ook dit zijn allemaal medische kosten die je extra moet betalen.
Overige kosten
Als je op vakantie gaat, kan je voor één of twee konijnen vaak nog wel een oppas vinden in je buurmeisje of buurvrouw. Maar wanneer je met konijnen fokt, houdt dit in dat je vaak 8 of meer konijnen hebt, en dan is het al veel lastiger om aan de buren te vragen of ze ‘even’ voor jouw konijnen willen zorgen als je op vakantie bent. In dit geval ben je vaak aangewezen op een professionele oppas die tegen vergoeding bij jou thuis de konijnen komt verzorgen. Of je zal ze naar een opvang moeten brengen – een pension – waar de dieren tijdens jouw afwezigheid verzorgd worden.
Rijk worden van konijnen fokken
Er zijn helaas mensen die denken dat ze veel geld kunnen verdienen aan het fokken van konijnen. Of in ieder geval dat ze er een deel van hun wekelijkse boodschappen mee kunnen verdienen. Wanneer dit extra inkomen de reden is dat jij met konijnen wilt gaan fokken: begin er dan niet aan! Het fokken van konijnen moet namelijk gezien worden als hobby. De huisvesting, het voer en de verzorging van een stal konijnen kost geld. Als alles goed gaat – dus de dieren niet ziek worden, er tijdens de bevalling en het opgroeien van de jongen niets mis gaat – kan je een deel van de kosten terugverdienen, en misschien een paar euro erop verdienen. Maar echt geld zal je niet verdienen met het fokken van konijnen.
Vooraf nieuwe baasjes vinden
Als je nestjes gaat fokken, moet je voordat je de voedster daadwerkelijk laat dekken, al weten of je alle jonge konijntjes, of in ieder geval een deel van de jonge konijntjes, kan onderbrengen bij nieuwe baasjes. Fokkers die een goede naam hebben opgebouwd hebben soms zelfs wachtlijsten waar mensen op staan die graag een jong konijntje bij hun willen afnemen. Maar meestal, zeker als je net begint met het fokken van konijnen, kan het behoorlijk lastig zijn om nieuwe baasjes voor de konijnen te vinden. Ga vooraf dus navragen bij jou in de omgeving of mensen interesse hebben in jonge konijntjes. Ga je een specifiek ras fokken, dan kan het soms weer makkelijker zijn om nieuwe eigenaren voor de jonge konijntjes te vinden. Je kan bijvoorbeeld een advertentie plaatsen in een clubblad van de plaatselijke fokkersvereniging, maar ook regionale tentoonstellingen kunnen dan een uitkomst bieden.
Grote of kleine rassen
Hoe groter het konijnenras waarmee je wilt fokken, hoe moeilijker het vaak is om de jonge konijntjes ergens anders onder te brengen. Grote rassen staan er ook om bekend vaak grotere nesten te hebben. De reden dat grote rassen minder snel naar nieuwe baasjes gaan, is omdat deze dieren logischerwijs meer ruimte nodig hebben om te leven. Dus er is een groter hok nodig, de eigenaar heeft meer ruimte nodig, en een groter konijn heeft ook meer voeding en hooi nodig dan een klein konijn. Hou er daarnaast ook nog rekening mee dat een groter hok ook meer bodembedekking nodig heeft.
Wat is jouw fokdoel?
Het kan natuurlijk zijn dat je één of hooguit een paar nestjes konijnen wilt fokken, gewoon omdat je het leuk vindt om de jonkies te zien opgroeien. Toch is het grootste gros van de mensen die zich bezighouden met het fokken van konijnen dit gaan doen vanuit idealisme. De drijfveren van deze groep mensen zijn konijnen te fokken die zo dicht mogelijk bij de rasstandaard van het betreffende ras staan. Ze zijn in principe niet bezig met het vermeerderen van konijnen, iets wat iedereen kan, maar met selectief fokken. Door de beste dieren aan elkaar te koppelen proberen zij volgens de rasstandaard perfecte konijnen te fokken.
Fokken volgens de rasstandaard
Fokkers die konijnen fokken en hierbij de rasstandaard van het ras in het oog houden, zijn bezig met selectief fokken. Om dit goed te kunnen doen, is wel wat kennis van genetica nodig. Ook is er veel inzicht nodig bij de fokker om te zien welke eigenschappen gewenst zijn voor dit ras. Alleen ervaren fokkers, die niet alleen fokken maar ook naar tentoonstellingen gaan en regelmatig contact met andere fokkers van het betreffende ras hebben, weten wanneer ze een waardevol dier in handen hebben. Iemand die minder bekend is met de rasstandaard, zal dit niet zo snel zien. Ervaren fokkers kennen immers de rasstandaard zeer goed, en weten op welke punten de keurmeester let op tentoonstellingen.
Een beginnende fokker is minder op de hoogte van deze feiten, en daarom is het voor hen lastiger om te beslissen of een jonkie een waardevolle aanvulling is op het ras. Het is echter wel mogelijk om deze kennis op te halen, ga hiervoor regelmatig naar tentoonstellingen en praat met fokkers van dat ras. Probeer indien mogelijk ook contact te leggen met een keurmeester die bevoegd is om jouw ras te keuren. Ook kan je je nog aansluiten bij een vereniging bij jou in de buurt.
Het fokken van konijnen in de praktijk brengen
Een voedster is met de leeftijd van negen maanden genoeg ontwikkeld om voor de eerste keer gedekt te kunnen worden. Rammen zijn al eerder geslachtsrijp en kunnen vanaf een maand of vijf oud een voedster dekken. Toch is het bij rammen ook verstandig om te wachten tot hij wat ouder is, omdat je dan pas goed kan zien of hij voldoende capaciteiten heeft voor de fokkerij.
Als je gaat fokken, en een keuze hebt gemaakt welke ram met welke voedster mag paren, zet je de voedster altijd in het hok van de ram, en niet andersom. Wanneer een ram in het verblijf van de voedster gezet wordt, is de kans groot dat zij haar eigen omgeving agressief kan verdedigen en d ram dus aanvalt. De ram is op dat moment meer bezig met het inspecteren van de nieuwe omgeving, dat hij zijn hormonen vergeet en dus niet de voedster gaat dekken.
Als de voedster bij de ram in het hok gezet is, kan het voorkomen dat de voedster zich beslist niet wil laten dekken. Haal de voedster dan weer uit het verblijf en probeer het een paar dagen later nog een keer.
Een dekking duur niet lang en je kan het beter onder toezicht laten plaatsvinden. Wanneer de voedster gedekt is door de ram, zet je de voedster terug in haar eigen hok.
De nestkast
Een voedster geeft er de voorkeur aan om de jongen te werpen in een afgezonderde, donkere ruimte. Deze ruimte kan je haar heel makkelijk geven door een houten nestkast te kopen of te maken, welke je in een rustige hoek van het hok zet. Je kan als aankleding van het nesthok wat stro erin leggen, maar dit is niet echt noodzakelijk. De voedster zal zelf ook het nest gaan bekleden met hooi, stro en plukken onderwol uit haar vacht.
Een nestkast is het handigst als het deksel makkelijk verwijderd kan worden, zo kan je af en toe het nest even controleren. Een nestkast biedt jou tevens de mogelijkheid om de rest van het hok schoon te maken zonder dat je de jongen en hun moeder verstoort. Het is echt belangrijk de voedster zoveel mogelijk met rust te laten. De meeste voedsters zijn tijdens hun dracht en in de periode dat zij hun jongen voeden namelijk minder toeschietelijk ten opzichte van de verzorger. Ze kunnen zelfs erg knorrig of uitermate agressief reageren, terwijl ze dit anders nooit doen. Dit gedrag dat de voedster laat zien, is echter heel normaal.
Draagtijd en jonge konijntjes
De draagtijd van een voedster duurt 28 tot 31 dagen. De jonge konijntjes worden blind en bijna haarloos geboren.
Voer voor jonge konijnen en de moeder
Als ze twee tot drie weken oud zijn, beginnen de jonge konijntjes wat vast voedsel te eten. Tot die tijd, dus als ze volledig afhankelijk zijn van moedermelk, is het belangrijk de voedster extra voedsel te geven. Ook is het goed voor de melkproductie als de voedster dagelijks een klein beetje lauwwarme melk te drinken krijgt.
Jonge dieren mag je nooit te veel groenvoer geven, alleen kleine beetjes (lees: een paar hapjes). Vooral jonge konijnen zijn namelijk erg bevattelijk voor darmklachten en kunnen zelfs sterven als ze teveel groenvoer krijgen dat teveel vocht bevat.
Er moet altijd voldoende hooi aanwezig zijn. Het eten van hooi is namelijk van levensbelang voor konijnen en zorgt voor een goede spijsvertering.
Wanneer mogen jonge konijntjes bij hun moeder weg?
Jonge konijntjes moeten minimaal zes weken bij hun moeder blijven, zelfs als ze al veel vast voedsel eten op die leeftijd. Het kan soms zelfs handiger zijn om de konijntjes bij hun moeder te laten tot ze acht of negen weken oud zijn. Vanaf 6 of 7 weken kan je de jonge konijntjes eventueel samen in een apart hok zetten.
Voor de gezondheid van jonge konijntjes is het aangeraden om de diertjes pas naar hun nieuwe eigenaar te laten gaan als ze tien tot twaalf weken oud zijn.