Op de middelbare school haalde hij ‘efficiënte cijfers’ en blonk in geen enkel vak uit. Een gemiddelde leerling, zullen we maar zeggen. Tot zover niets bijzonders. Totdat Warner Sinnige op zijn twintigste zijn eigen bedrijf begint: Kunstgebit Friesland, een gratis haal- en brengservice van kapotte kunstgebitten.
Wat brengt een jonge student tot het uitdenken en runnen van een bedrijf dat ‘iets met kunstgebitten doet’? Want laten we eerlijk zijn, het is geen gemiddelde activiteit voor iemand van inmiddels 22 jaar. “Ik vergelijk me nooit met anderen. Gemiddeld is maar degelijk. Ik doe waar ik goed in ben en waar ik plezier aan beleef,” vertelt de eerstejaars student commerciële economie.
‘Innovatie, daar ligt mijn passie’
Afkomstig uit een agrarisch gezin van vooral aanpakkers en doeners kwam hij er al snel achter dat ook zíjn talent daar lag. “Ik houd ervan om te handelen, om problemen op te lossen. Daarvoor moet je goed naar mensen luisteren en om je heen kijken.” Wat hij zag was de afhankelijkheid van oudere mensen van hun kinderen en kleinkinderen. Dat het hem raakte, is te ver gezocht. “Het komt niet voort uit emotie,” zegt hij snel, “maar ik constateerde het onder andere door goed te kijken en te luisteren naar mijn eigen oma en opa’s, inmiddels 80+, en voor ik het wist had ik een plan. Dat is ook meteen mijn ‘drive’, iets willen verbeteren ten opzichte van dat wat al bestaat of misschien nog wel niet bestaat, daar ben ik goed in. Innovatie, daar ligt mijn passie.”
‘Ik streef ernaar dat mensen zo snel mogelijk hun gebit weer gerepareerd terug krijgen’
“Het is niet zo dat ik ga zitten en een goed idee ga bedenken. Zo werkt het niet. Ik heb er anderhalf jaar over gedaan om mijn idee uit te werken. Ik wilde er honderd procent zeker van zijn dat het perfect in elkaar zou steken en ik het professioneel neer kon zetten. Ik streef ernaar dat mensen zo snel mogelijk hun gebit weer gerepareerd terug krijgen.”
Mogelijk worden de problemen onderschat die mensen met een kunstgebit tegenkomen als deze kapot is, zoals niet goed kunnen eten. Warner noemt er nog een aantal. “Mensen vinden het niet fijn om zonder gebit de deur uit te moeten. Ze schamen zich ervoor. Daarnaast wil niemand afhankelijk zijn van zijn kinderen of kleinkinderen voor onder andere het halen en brengen, vindt niemand het fijn om lang te moeten wachten op zoiets als je gebit, en in een wachtkamer zitten wil je al helemaal niet.” Allemaal motieven om gebruik te maken van de gratis haal- en brengservice van Warner.
Dit jaar had Warner al zo’n tweehonderd klanten. “Mensen bellen mij dat er iets mis is met hun kunstgebit en ik spreek af hoe laat ik bij ze kan zijn om deze op te halen. Ik lever het gebit af bij de specialist die het snel repareert en vervolgens breng ik het diezelfde dag weer terug bij de klant. Soms hebben ze deze voor het avondeten alweer terug en kunnen dan weer normaal eten.”
‘Niemand wil afhankelijk zijn van zijn kinderen of kleinkinderen’
Inmiddels heeft Warner met zijn service zo veel professionaliteit opgebouwd dat hij samenwerkt met zorgverleners als De Friese Wouden (Pluzzorg), Palet (Paletzorg), Het Friese land (thuisleven), Thuiszorg Zuidwest Friesland (Thuishotel) en Comfortzorg. “Allemaal belanghebbenden die er baat bij hebben en deze service mogelijk maken. Ik sta als het ware tussen de tandtechnici en de zorgverleners in het is de kunst om het zo uit te werken dat alles klopt. Alleen dan kun je heel servicegericht werken, binnen heel Friesland en ook de Waddeneilanden.”
Een gat in de markt lijkt gevonden, want tijd voor voetballen heeft Warner inmiddels niet meer. Zijn bedrijf en studie nemen al zijn tijd. Als hij in de collegebanken zit wordt zijn telefoon doorgeschakeld. “Ik ben zeven dagen per week bereikbaar van ’s morgen zeven tot ’s avonds tien uur. Klanten zijn enorm tevreden en dat is waar ik het voor doe. Het lijkt allemaal simpel, maar het gaat erom dat je het perfect kunt uitvoeren en je moet doorzetten. Met mijn studie wil ik steeds meer mijn kennis vergroten over ondernemerschap. Wat ik nu doe, blijf ik doen en als ik meer tijd krijg, ga ik er gewoon andere projecten bij doen. Innoveren blijf ik altijd.”