Glutenvrij dieet kan slecht zijn voor gezondheid

Een glutenvrij dieet volgen zonder medische indicatie kan slecht zijn voor je gezondheid. Dat melden diverse media op basis van een onderzoek dat is gepubliceerd in The British Medical Journal. De uitkomsten van het onderzoek sluiten aan bij de adviezen van het Voedingscentrum; eet voldoende volkoren producten en volg alleen een glutenvrij dieet als de diagnose coeliakie is gesteld.

Volkoren graanproducten passen in een gezond voedingspatroon. Denk aan volkorenbrood, volkoren pasta en zilvervliesrijst. Al met drie opscheplepels volkoren graanproducten of drie volkoren boterhammen per dag verklein je het risico op hart- en vaatzieken, diabetes type 2 en darmkanker.

Daarnaast leveren graanproducten energie en andere voedingstoffen, zoals vezel, eiwit, B-vitamines en ijzer. Als je volkoren graanproducten vermijdt, loop je het risico dat je niet genoeg belangrijke voedingsstoffen en mineralen binnenkrijgt.

Goede glutenvrije vervangers
Als er coeliakie (glutenintolerantie) bij je is vastgesteld door een arts, moet je een glutenvrij dieet volgen. Vaak krijg je hulp van een diëtist. De diëtist zorgt ervoor dat je dieet bestaat uit glutenvrije producten en dat je alle noodzakelijke voedingstoffen binnenkrijgt.

Gluten zitten vooral in graanproducten. Goede vervangers zijn glutenvrij volkoren brood en glutenvrije havermout. Je eigen brood, pannenkoeken of wraps bakken van glutenvrij volkoren meel is ook een optie. Zilvervliesrijst en aardappelen zijn van nature glutenvrij en zijn sowieso veilige keuzes.

Risico’s glutenvrij eten
De laatste jaren is er een trend van mensen die zonder medische indicatie glutenvrij gaan eten, omdat dit bevorderlijk zou zijn voor hun gezondheid. Ze vermijden brood en pasta, omdat vooral van deze producten bekend is dat ze gluten bevatten. Daarmee eten ze ook aanzienlijk minder volkoren producten en lopen ze de gezondheidsvoordelen hiervan mis. Mensen die wel voldoende volkoren graanproducten eten, verlagen hun risico op hart- en vaatziekten en andere aandoeningen. Dat is ook in dit onderzoek, waarbij meer dan 100.000 mensen zijn gevolgd over een periode van 26 jaar, aangetoond.