Gemeenten houden ruim een miljard aan zorggeld over

Nederlandse gemeenten hebben vorig jaar een bedrag van bijna 1,2 miljard – dat bedoeld was voor onder andere zorggeld en andere maatschappelijke taken – niet gebruikt. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).

Dat er geld op de plank blijft liggen, is opmerkelijk omdat veel gemeenten in het afgelopen jaar juist hebben aangegeven een tekort te hebben. ,,De ene gemeente houdt geld over, de andere kampt met tekorten. Een nadere analyse is wenselijk”, stelt VNG vandaag.

Volgens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft het overschot te maken met een ‘buffer’ voor later. ,,Het geld is zeker niet weg”, zo meldt een woordvoerder van de VNG. ,,Het wordt bewaard voor eventuele tegenslagen. De Nederlandse gemeenten hebben het afgelopen jaar voorzichtig begroot, en dat is terecht. Er is heel lang onduidelijkheid geweest over budgetten.”

Analyse
Volgens de overkoepelende organisatie was 2015 sowieso een lastig jaar door het nieuwe zorgpakket van gemeenten. Het is dus wennen: ,,De ene (gemeente – red) heeft een tekort, maar een ander houdt geld over. Een nadere analyse is nodig.”

Sinds begin vorig jaar zijn veel zorgtaken door het kabinet overgeheveld naar gemeenten. Zij gaven vorig jaar in totaal 24,4 miljard euro uit aan onder meer jeugdzorg en thuishulp. Gemeenten ontvingen in 2015 voor maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg 13,8 miljard euro. Hier hielden ze dus bijna 1,2 miljard euro aan over. De inkomsten kwamen voornamelijk van het Rijk.

Bij verantwoordelijk staatssecretaris Martin van Rijn (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) roept het overschot vragen op waarover hij snel wil overleggen met de gemeenten. ,,In ieder geval werpt dit een totaal ander licht op de signalen van sommige gemeenten die denken dat ze geld tekort komen voor Wmo en Jeugd. Daarmee voeren we voortaan een ander gesprek”, aldus Van Rijn in een verklaring. Volgens hem moet nu na alle aandacht voor geld de kwaliteit van de zorg bovenaan de agenda staan.

Bron: AD.nl