Vandaag is het Werelddovendag. Die dag is in 1958 in het leven geroepen om meer bekendheid te geven aan doofheid en gebarentaal en op te komen voor de rechten en belangen van doven. Afgelopen week stemde de tweede kamer voor erkenning van de Nederlandse Gebarentaal als officiële taal in Nederland. Dat geeft de Werelddovendag dit jaar in ons land een gouden randje.
Normaalgesproken is er in de laatste week van september extra aandacht voor doven. Door de coronamaatregelen is dat helaas dit keer niet mogelijk. Alle activiteiten zijn verschoven naar 2021.
Officiële taal
Dat is jammer, juist nu gebarentaal eindelijk de erkenning krijgt die het verdient. De Nederlandse Gebarentaal (NGT) wordt niet alleen een officiële taal, ook krijgen dove of slechthorende Nederlanders het recht op een gebarentolk in de rechtspraak en moet het gebruik van NGT binnen de overheid worden gestimuleerd. De wet legt vast dat de overheid vaker een gebarentolk moet inzetten, bijvoorbeeld bij belangrijke persconferenties. Ook mag de eed en de belofte in gebarentaal worden afgelegd.
Nederland loopt achter
Het initiatief voor de wet werd ingediend door de fracties van de Partij van de Arbeid, de Christen Unie en D66. Zij willen dat het gebruik van gebarentaal moet worden erkend en bevorderd om doven en slechthorenden meer bij het maatschappelijk leven te betrekken. De politiek praat al jaren over erkenning van de doventaal. Nederland loopt hierin erg achter. In veel Europese landen wordt de taal al lang officieel erkend in een wet. D66-Kamerlid en initiatiefnemer Van Eijs is zelf ernstig slechthorend en zei hierover: “Veel mensen zien gebarentaal als een soort hulpmiddel, een kruk bij het lopen. Maar dat is het niet. Het is een volwaardige taal en duizenden doven zijn ervan afhankelijk.”
Moedertaal
Hoe belangrijk gebarentaal is, hebben we de afgelopen maanden kunnen zien bij de persconferenties van het kabinet. Irma Sluis, en later ook andere collega’s, zorgen ervoor dat ook doven alle belangrijke informatie van een persconferentie live kunnen volgen. Voor de 10.000 mensen in ons land die volledig doof zijn is gebarentaal hun moedertaal. Ze communiceren in gebaren en denken vaak in gebaren. Hun wereld wordt een stuk groter als veel mensen gebarentaal zouden leren. De hoop is dan ook dat gebarentaal op reguliere scholen gegeven gaat worden.
Mijn moedertaal is Fries en bij mij komt de vraag op of Friese doven onderling ook in het Fries gebaren. Dat blijkt niet echt zo te zijn. De meeste doven uit onze provincie gaan naar school in Haren en leren daar de Nederlandse Gebarentaal. Wel komt het voor dat er per streek of provincie varianten zijn van bepaalde gebaren.
“Irma-effect”
De doventolken die op tv live de uitspraken van minister Rutte en andere ministers vertalen, hebben daarmee veel respect afgedwongen. Werd er dertig jaar geleden nog wat neerbuigend over gebarentaal gedaan, inmiddels is wordt het een stuk serieuzer genomen. En terecht. Het heeft zelfs tot een opvallende stijging geleid van het aantal studenten dat zich heeft ingeschreven aan het Instituut voor Gebaren, Taal & Dovenstudies. Dit wordt daar het ‘Irma-effect’ genoemd.
En dan nog dit:
Eind 2019 opende Tweede Kamervoorzitter Arib het debat ‘VN-verdrag rechten mensen met een handicap’ in gebarentaal. Ze heette de mensen op de publieke tribune van harte welkom. Het kostte haar duidelijk moeite, want zo makkelijk is het niet. Maar ze oogstte veel lof voor haar poging.
Foto: still van persconferentie