Fietsen leer je voor altijd

Je leert het met vallen en opstaan. Het is heel gewoon en oer-Nederlands: fietsen. Toch zit er een bijzondere kant aan, want eenmaal geleerd verleer je het nooit meer. Over de nostalgie van leren fietsen.

Iedereen kent nog wel het gevoel dat hij had toen hij fietsen leerde. Je had niet zomaar de kunst onder de knie. Op een meestal oude fiets probeerde je het eerst samen met je vader of moeder, die je vasthield en als je eenmaal de balans kon houden, werd je losgelaten. Die eerste paar meters… vrijheid!

Je linkt het veelal aan je lagereschooltijd, de leeftijd waarop de meeste kinderen fietsen leerden. Tegenwoordig leren kinderen dat eerder als ze al een heuse jongensfiets of een meisjesfiets krijgen. Ze zijn er in zoveel maten dat er voor iedere leeftijd eentje is. Vroeger daarentegen moest je gewoon maar oefenen op een fiets die vaak nog veel te groot voor je was. Die van je oudere broer of van je zus. Onderscheid tussen een meisjesfiets en een jongensfiets werd al helemaal niet gemaakt.

Als student kocht je de meeste eenvoudige derdehands fiets

Pas als je ging studeren kwam er een eigen fiets. De omafiets was in de jaren zeventig in zwang en ze gingen tweede- en derdehands van student naar student. Het was de meest eenvoudige fiets die je maar bedenken kon, dus kon er ook niet veel aan kapot.

Er zat een dichte kettingkast op en van handremmen was geen sprake. De lage instap maakte het tot een meisjesfiets, maar jongens hadden hem ook wel. Het enige onderscheid tussen beide sekse werd gemaakt doordat meiden de spaken nogal eens versierden met draden van verschillende kleuren wol. Dat was toen hip. Tegenwoordig zou je dat een Bohemian fiets noemen.

Jeugd wil nu een mountainbike of zelfs e-bike

Onder studenten is de omafiets nog altijd populair. Daar kan de Swapfiets niet aan tippen. Ook al is de band nog zo blauw. De eenvoud en het vintage imago (zal dat het zijn?) maakt de fiets nostalgisch en stoer tegelijk.

Kinderen die nu leren fietsen lijken nauwelijks genoegen te nemen met een ‘gewone’ of eenvoudige fiets. De jeugd wil een mountainbike of een fiets met minstens zeven versnellingen, om over een e-bike maar te zwijgen. De tijd dat die alleen maar aangeschaft werd door zestigplussers lijkt allang voorbij. De jeugd heeft de e-bike ook ontdekt.

Zou het zo zijn dat je toch het beste leert fietsen op eentje met een terugtraprem zonder verdere accessoires? Remmen moet je immers leren. Dat is af- en opstappen in een korte tijd. Verder heb je je te concentreren op het verkeer, en op de balans. Met beide handen aan het stuur. En als je eenmaal lekker trappen kunt, voel je de vrijheid die zo mooi bezongen wordt in dat lied van Herman van Veen. ‘Hé kleine meid op je kinderfiets. Ach, nostalgie…