Kantoorfeuilleton deel V
Over het leven op kantoor door Sara van der Lek
Karolien heeft een voorstel gekregen van Geert, de projectleider van ‘Allemaal de digitale snelweg op,’ om haar 50+ collega’s te begeleiden in het omgaan met de nieuwe apparatuur.
‘Nou Geert, je geeft me wel stof tot nadenken.’ Karolien probeert niet al te veel ironie in haar stem te leggen. Anderzijds is dat een stijlfiguur die Geert waarschijnlijk toch ontgaat. ‘Je hoeft niet nu meteen te beslissen hoor,’ zegt Geert genereus. ‘Ik snap dat je er even over na wilt denken. Ik heb al wel met Gerard gesproken en hij vindt het goed als je dit gaat doen, dus daar hoef je je geen zorgen over te maken.’ Gerard is het afdelingshoofd, hij gaat er dus vanuit de ze wel ‘ja’ zal zeggen. Geert glimlacht breed. ‘Zullen we eind van de week weer even een bila’tje doen? Hoor ik dan wel wat je besloten hebt.’
Karolien loopt naar haar bureau, Geert is dan al met verende tred de kantoortuin uitgelopen, op weg naar de vernieuwingsprocessen die hij met enthousiasme in goede banen leidt. Bert’s plek tegenover haar is leeg. Waarschijnlijk een vergadering elders in het gebouw. Dan ziet ze een briefje op haar bureau. In Bert’s hanenpoten staat erop dat Clemens, de jurist, ziek naar huis is gegaan en dat de afspraak over het WOB-verzoek morgen niet door kan gaan. Hij belt nog wel om een nieuwe afspraak te maken. Karolien is die afspraak helemaal vergeten; dit komt haar eigenlijk wel goed uit. Ze heeft totaal geen zin in juridisch geneuzel over procedures en protocollen. Dat is dan weer het voordeel van de functie van Geert, die hoeft zich daar niet mee bezig te houden. Hooguit vertelt hij anderen dat die procedures en protocollen er zijn. Zelf hoeft hij er niet mee te werken. Dan valt haar iets in. Ze was eigenlijk van plan om Geerts voorstel aan het einde van de week beleefd te weigeren. Maar nu bedenkt ze dat een tamelijk vage opdracht met nauwelijks meetbare doelen, wellicht in haar voordeel kan werken. Ze kan het invullen zoals ze zelf wil. Ze kan tijd claimen voor de nieuwe opdracht die de directie blijkbaar zo belangrijk vindt dat Gerard bij voorbaat al zijn toestemming gegeven heeft dat zij die opdracht uitvoert. Dan kan ze dus andere klussen laten vallen, bijvoorbeeld dat tijdrovende WOB verzoek. Uiteraard zal ze informatie moeten aanleveren en een toelichting moeten geven op de gang van zaken destijds, maar dat is een veel comfortabeler positie dan verantwoordelijk zijn voor de hele procedure. Misschien moet ze Geert’s voorstel toch maar serieus overwegen.
Er is waarschijnlijk nergens een kantoor te vinden dat geen dode plant in de hoek heeft staan
Ze wekt haar computer weer uit de slaapstand. Dat duurt even en Karolien moet de neiging om op het toetsenbord te rammen, onderdrukken. Het eerste dat ze vervolgens ziet, is een mailtje van Lennard: ‘Hey, leuk je weer te zien. Zullen we binnenkort eens koffie drinken? Kunnen we bijpraten.’ Karolien weet wat het verstandige antwoord op deze mail is, maar besluit de lafhartige weg te kiezen: helemaal niet antwoorden. Ook een besluit, houdt ze zichzelf voor. Ze wiebelt wat heen en weer op haar bureaustoel. Wat zal ze nu eens gaan doen? Ze kijkt om zich heen. Het is niet druk op de afdeling. De bureau’s staan in blokjes van vier of twee bij elkaar. Hier en daar zit een collega diep over zijn of haar toetsenbord gebogen ingespannen te tikken. Hard aan het werk. Of die indruk wekken ze althans. In de hoek een dode plant. Er is waarschijnlijk nergens een kantoor te vinden dat geen dode plant in de hoek heeft staan. De kopjes koude koffie die geregeld in de plantenbak geleegd worden, hebben dit exemplaar in ieder geval niet kunnen redden. Dan valt haar oog op de kast met de stapels ongearchiveerde dossiers. In een opkomende vlaag van daadkracht, besluit ze de kast te gaan opruimen. Ze zal toch de dossiers van de verbouwing van de bibliotheek moeten opzoeken voor het WOB verzoek, dus dan kan dat net zo goed nu. Kordaat trekt ze de kastdeur open.
Drie planken tot de nok toe volgestouwd met dossiers, losse papieren, mappen, rapporten, volgeschreven schrijfblokken (bewaard voor ‘je weet maar nooit, misschien heb je die aantekeningen uit 2005 ooit nog eens nodig’), memo’s en tijdschriften met interessante actuele artikelen van tien jaar geleden. Karolien trekt lukraak een stapel uit de kast. Tenminste, het is de bedoeling dat alleen die stapel meekomt, maar nu blijkt dat zo’n plank een ingenieus geheel vormt van tegen elkaar hangende stapels die prima blijven liggen zolang je er niet aankomt. Karolien probeert de schuivende stapels nog tegen te houden met armen, benen en voeten maar er is geen houden aan. De inhoud van de plank ligt slordig verspreid over de grond, in het looppad uiteraard. Enkele collega’s kijken met nauw verholen leedvermaak naar de rommel. ‘Zo, dat wordt nog een uurtje overwerken,’ merkt een van hen, een uiterst gestructureerd en georganiseerd type, vilein op. Karolien onderdrukt een vloek. Met geen mogelijkheid krijgt ze dat allemaal weer in de kast zonder alles uit te zoeken en te schiften. Fijn, zo’n aanval van daadkracht.
Nieuwsgierig hoe het met Karolien verder gaat?
Iedere maand een volgend deel
De auteur
Kantoorfeuilleton wordt geschreven door Sara van der Lek (59). In de schaarse momenten die zij tussen haar drukke werkzaamheden heeft als ambtenaar van een middelgrote plattelandsgemeente ergens in Nederland, schrijft ze over het leven op kantoor.
Sara werkt 0,6 fte, eet niet biologisch en kampeert graag. Ze heeft een lat-relatie met Wim, een reeds gepensioneerde docent maatschappijleer, met wie ze iedere zondag een eindje gaat toeren in hun baby-blauwe Volkswagen busje, inmiddels een oldtimer. Wim is vegetarisch en eet altijd biologisch. Sara heeft geen kinderen en daar heeft ze inmiddels vrede mee. Haar hoogbejaarde ouders wonen in een serviceflat in de stad, terwijl Sara in een nieuwbouwhuis in een pas tegen het dorp aangebouwde wijk woont. Het is een echt forenzendorp met een weinig actief dorpsleven. De relatieve anonimiteit gecombineerd met de rust van een dorp, bevalt Sara. Sara heeft een jongere broer die als kunstenaar in een commune in Zuid-Frankrijk woont. De kantoorbelevenissen van Karolien zijn losjes gebaseerd op haar eigen leven.