Het aantal meldingen van mogelijke leveringsproblemen voor medicijnen is in 2018 gestegen. In 2017 waren er 536 meldingen, afgelopen jaar 1.390. Deze gaan over ongeveer 1.000 verschillende medicijnen.
Dit blijkt uit de jaarrapportage 2018 van het Meldpunt geneesmiddelentekorten en –defecten. Daarin werken medicijnautoriteit CBG en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) samen.
De stijging komt vooral doordat bedrijven beter bekend zijn met het Meldpunt. Maar ook nemen medicijntekorten toe. Een melding betekent niet dat er echt een tekort is of komt. Bedrijven wordt gevraagd zo vroeg mogelijk een eventueel medicijntekort door te geven. Alleen dan kan op tijd gezocht worden naar oplossingen. In 2018 is voor bijna alle tekorten een oplossing voor de patiënt gevonden. Denk dan aan behandeling met een ander medicijn, hetzelfde medicijn met een andere sterkte of een medicijn uit een ander land.
Vertraging in productie
De meest voorkomende oorzaak van gemelde leveringsproblemen was in 2018 een vertraging in de productie van een medicijn (52%). Leveringsproblemen door een toegenomen vraag wordt regelmatig gemeld (16%). Dit ontstaat vaak door een tekort aan een vergelijkbaar middel van een andere fabrikant. Daarnaast spelen problemen met planning en distributie een rol (14%). Bij 2% van de meldingen zijn bedrijfseconomische redenen oorzaak voor leveringsproblemen.
‘Het is heel vervelend voor patiënten, dokters en apothekers als er een leveringsprobleem van een medicijn is’, vinden CBG-voorzitter prof. dr. Ton de Boer en IGJ-hoofdinspecteur dr. Marina Eckenhausen. ‘Bij elke melding kijken we wat dit voor patiënten betekent, of er een tekort kan ontstaan en zo ja, hoe we een tekort kunnen voorkomen of oplossen. Gelukkig weten bedrijven het Meldpunt steeds beter te vinden en melden ze ook voordat er een werkelijk tekort ontstaat.’
O