Inflatie stijgt in januari naar 1,7 procent

De inflatie volgens de consumentenprijsindex (CPI) steeg in januari flink naar 1,7 procent, meldt het CBS. Dit is het hoogste niveau sinds eind 2013. In december waren goederen en diensten voor de consument 1,0 procent duurder dan een jaar eerder.

Doorgaans loopt de inflatie niet zo snel op. In de afgelopen 15 jaar is het maar één keer voorgekomen dat de inflatie sterker steeg dan in januari 2017.

Duurdere autobrandstoffen verhogen inflatie
De inflatie steeg vooral door de prijsstijging van autobrandstoffen. De prijs van een liter benzine bedroeg 1,57 euro. Dat is 14 eurocent meer dan in januari 2016. Diesel was 20 eurocent per liter duurder en kostte in januari 2017 gemiddeld 1,25 euro. Ook de prijsontwikkeling van elektriciteit verhoogde de inflatie. De heffingen op elektriciteit stegen met 33,7 procent. Een jaar eerder daalden de heffingen nog met 55,6 procent.

De prijzen van vliegtickets en voor het verblijf in vakantieparken waren hoger dan vorig jaar. De kerstvakantie liep in januari 2017 nog 1 week door, terwijl deze vorig jaar al op 2 januari eindigde. De prijzen liggen hoger tijdens vakanties waardoor er in januari 2017 meer dagen waren met hogere prijzen. Dit had een verhogend effect op de inflatie.

Inflatie zonder energie, voeding, alcohol en tabak stijgt
Omdat de prijsontwikkeling van energie en voeding sterk fluctueert en de prijzen van alcohol en tabak vaak stijgen door belastingmaatregelen, wordt ook gekeken naar de inflatie exclusief deze productgroepen. De inflatie in januari volgens deze maatstaf was 1,4 procent. In december was dat nog 0,9 procent.

Inflatie Nederland en eurozone stijgen
Naast de consumentenprijsindex (CPI) berekent CBS ook de Europees geharmoniseerde prijsindex (HICP).

De inflatie in Nederland volgens de HICP steeg van 0,7 procent in december naar 1,6 procent in januari. De inflatie in de eurozone steeg van 1,1 procent naar 1,8 procent. Het verschil tussen de inflatie in Nederland en die in de eurozone loopt daarmee terug. De toename in de eurozone komt voornamelijk door de prijsontwikkeling van energie en voedingsmiddelen.

De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend zodat deze kan worden vergeleken met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten. De Europese Centrale Bank (ECB) gebruikt deze cijfers voor het monetaire beleid. Volgens de ECB is er sprake van prijsstabiliteit als de inflatie onder, maar dichtbij, 2 procent ligt.

De HICP houdt in tegenstelling tot de CPI geen rekening met de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten berekend aan de hand van de prijsontwikkeling van huurwoningen.