Eens een roker, altijd een roker? Voor Frank van der Meulen (56) gaat dat niet op. Hij stak weliswaar 35 jaar lang de ene na de andere sigaret op, maar wist even voor zijn vijftigste ermee op te houden. Inmiddels mag hij zich een fitte vijftigplusser noemen. “Je bent nooit te oud om het anders te gaan doen.”
Als zeventienjarige puber vond hij het wel interessant om eens een sigaret op te steken. Een glijdende schaal was ingezet, zo duidt Frank het nu. Vijfendertig jaar lang stak hij de ene na de andere sigaret op. “Ik rookte één tot twee pakjes per dag. Als ik uitging drie. Als het laat werd vier. Als ik een nacht doortrok vijf. Et cetera.” Hij was in die begintijd al astmatisch, maar sloeg er geen acht op. De klachten verergerden pas echt toen hij ouder werd. “Op mijn 49ste had ik het regelmatig benauwd, hijgde bij iedere traptrede die ik omhoog moest en nam steeds vaker een zogenoemd pufje, dat had ik van de huisarts vanwege die astma.”
Het werd COPD of stoppen met roken
Daar bleef het echter niet bij. “Ik had op een gegeven moment het lijf van een doorrookte vent. Conditioneel was het een drama. Als fietser werd ik bij wijze van spreken nog ingehaald door een voetganger. Dat voelde zo niet goed dat ik steeds vaker de scooter pakte. Met andere woorden, weer die glijdende schaal. Ik deed steeds minder.” Als het zo doorging lag niet alleen ernstiger astma, maar zelfs COPD op de loer. “Het was dat of definitief stoppen met roken.”
Ik rookte één tot twee pakjes per dag. Als ik uitging drie. Als het laat werd vier. Als ik een nacht doortrok vijf.
Frank had eerder al pogingen gedaan om ermee op te houden. “Pillen, pleisters, acupunctuur. Ik had het allemaal geprobeerd. Het hielp niet. Het enige dat me verder had geholpen de verslaving te begrijpen was het bekende boek ‘Stoppen met roken’ van Allan Carr. Daar was het roken echter niet mee uit mijn leven. Soms redde ik het vier dagen, soms twee maanden, maar ik kwam er niet vanaf. Moet je je voorstellen dat ik dan bij een benzinepomp een pakje kocht. Stak ik er eentje op, gooide ik het pakje met de overige sigaretten weg. Dacht ik goed bezig te zijn, totdat de volgende benzinepomp zich aandiende en ik weer een pakje kocht. Zo verslaafd was ik en zo slecht kwam ik ervan af.”
Zwemmen was de ultieme motivatie
“Na de zoveelste poging meende ik het over een andere boeg te moeten gooien. Ik ging zwemmen, twee keer per week. Had geen idee of het iets zou doen, maar al gauw bleek ik me na dat zwemmen echt goed te voelen en na een sigaret minder.” Dit was de zet die Frank nodig had om goed tot zich door te laten dringen dat na een peuk zijn ademhaling meteen slechter werd. “Het werd de ultieme motivatie om door te zetten. Door het zwemmen ging mijn conditie vooruit. Daar kon nog maar één ding tussenkomen en dat waren die sigaretten, maar ik wilde mijn conditie behouden dus stopte ik daadwerkelijk met roken.”
Vijf jaar later zwemt hij iedere ochtend tweehonderd baantjes. “Iedere morgen vier kilometer zwemmen en ik hijg niet meer. Zelfs het uithijgen is er niet meer bij. Als ik stop met zwemmen adem ik drie keer in en is mijn ademhaling weer normaal. Ik speel ook regelmatig een potje squash en kan me gewoonweg niet meer voorstellen hoe ik dit tijdens mijn rookperiode heb gedaan.” (Foto: Frank zwemmend tijdens een verblijf in Egypte, privéfoto)
Roken is een sneue verslaving
Terugkijkend noemt Frank het een sneue verslaving. “Van drank word je nog dronken en van wiet raak je stoned, maar van roken word je echt niet relaxed zoals veel mensen denken. Zit je bijvoorbeeld net lekker in gezelschap te eten, wil je naar buiten omdat je roken moet. Dat slaat toch nergens op.” Hij ziet het nu ook bij zijn kinderen gebeuren. “Ik heb drie zonen waarvan er nog twee thuis wonen. Twee zijn er al een beetje aan het roken. Ik zie het aankomen. Het enige wat ik kan doen is erover praten. Ik ben nu echt anti-roken.” Volgens Frank is het een illusie dat er een rookvrije generatie aankomt. “De jeugd rookt nog enorm. Dat is niet zomaar voorbij. Sommige mensen menen ervan af te zijn, maar als je er ook nog maar iets lekker aan vindt, dan ben je er echt nog niet vanaf. Als je zegt dat je het nog lekker vindt ruiken, vergeet het dan maar. Dan ben je in feite nog een roker. Echt van het roken afraken is niet makkelijk.”
Ik kijk nu heel anders tegen de dingen aan
Frank is om en vandaag de dag een ware sportfanaat. “Eigenlijk is dat nu mijn verslaving, sporten. Ik vind het overigens een wonder dat het lijf van een 49-jarige nog zo kan herstellen. Ik kan weer heel diep ademhalen, heb geen buikje meer. Dat sporten verandert bovendien niet alleen je lijf, maar ook je geest. Ik voel me fysiek en geestelijk stukken sterker. Een probleem is een uitdaging geworden. Ik kijk gewoon heel anders tegen de dingen aan.”
“Of ik er spijt van heb dat ik zolang heb gerookt? Spijt heb ik als aan longkanker doodga. Ik hoop dat ik dat nog heb kunnen voorkomen. Wat ik wel weet is dat een flink appartementje heb weg gerookt, want er is veel geld in gaan zitten. Ik kan alleen maar zeggen dat hoe oud je ook bent en hoe slecht je ook bezig bent met je lijf en je geest, je kunt je levensstijl altijd omgooien. En vooral: ga sporten! Ik ben zelf ondernemer en zou daarom ook bedrijven willen adviseren om hun personeel tot sporten aan te zetten. Begin met bijvoorbeeld sta-bureaus, maar faciliteer nog veel meer als het om bewegen gaat. Daar wordt iedereen een gezonder en vooral blijer mens van.”
Hoofdfoto: Menno Mulder